Cover
»«
Gepubliceerd op
05.06.2021
Auteur
FSO Internationaal

Hoe werkt God?

Deel 1

Jezus zei tot de apostel Thomas: "Zalig zijn zij die niet zien en toch geloven" (Johannes 20,29). Jezus wil dat wij in deze zaligheid leven. Hij wil dat wij met de ogen van het geloof zijn machtig werk in onze dagen herkennen, ook al zijn er vele tekenen van een voortschrijdend verlies van geloof. God wil dat wij zien hoe Hij werkt en hoe wij de weg voor Zijn werk kunnen bereiden. Niet alleen heeft Hij op velerlei wijze in deze wereld gesproken (vgl. Hebr. 1, 1), maar op velerlei wijze werkt Hij ook in deze wereld. Dit is waar deze meditatie over gaat.

God werkt in stilte en vaak door enkelen

De wereld verlangt naar wat luid en schitterend is. God, daarentegen, is vaak stil. Hij begint grote werken met individuen of met enkelen. Zijn werken zijn meestal niet groter dan een mosterdzaadje in het begin, maar het groeit uit tot een boom die groter wordt dan de andere planten (vgl. Mt 13,31 e.v.). Daarom moeten we serieus nemen wat God doet in de ziel van een kind of een jongere. Jonge, trouwe echtgenoten die hun gemeenschappelijke levensweg gaan in vertrouwen op God, kunnen geroepen worden om de ouders te worden van toekomstige heiligen of grote mannen of vrouwen. God spreekt tot alle mensen door zijn heilige Geest. Hij spreekt met zijn stem in het geweten van alle mensen. Hij doet het op manieren die wij niet kennen. Hij begint vaak grote en bijzondere werken in de Kerk en in de wereld in stilte en laat ze in stilte groeien.

In de encycliek Spe salvi, citeert Paus Benedictus XVI de woorden van St. Bernardus van Clairvaux. "Het menselijk geslacht leeft van enkelen, want als zij niet bestonden, zou de hele wereld vergaan" (Spe salvi 15). Het is een beginsel van de heilsgeschiedenis dat God grote dingen doet door enkelen. Hij maakt individuen tot dragers van vernieuwing en kanalen van zegen voor velen. Zelfs in het Oude Verbond beleed de vrome Judas Makkabeeër trouw: "Het kan gemakkelijk zijn dat velen in de handen van weinigen vallen; het maakt voor de hemel geen verschil of hij redding brengt door velen of door weinigen. Want de overwinning in de strijd ligt niet in de grootte van het leger, maar in de kracht die uit de hemel komt" (1 Makk. 3,18 e.v.). David beleefde hetzelfde toen hij vocht tegen Goliath, of Judith en Esther die als moedige vrouwen hun volk redden. Wat God wil voor de velen wordt vaak uitgevoerd door de weinigen. De Kerk heeft de opdracht om naar alle volken te gaan en van alle mensen leerlingen van Christus te maken. Toch is het waar dat de geestelijke kracht van de Kerk niet alleen afhangt van het aantal leden. Om Zijn werken te volbrengen, heeft God niet noodzakelijk veel, maar wel trouwe mensen nodig. Heilige John Henry Newman was hiervan overtuigd. Er werd gezegd dat het een kenmerk van Gods voorzienigheid was "om weinigen tot kanalen te maken van zijn zegeningen voor velen. ... Alle grote werken worden niet door de massa tot stand gebracht, maar door de diepgewortelde vastberadenheid van enkelen" (DP I, 321,325). Maar de weinigen die een zending hebben voor de velen, moeten bereid zijn hun eigen "ik" opzij te zetten en zich geheel en zonder aarzeling ter beschikking te stellen van Gods wil.

God werkt onverwacht anders

Toen Paulus na zijn bekering voor het eerst in Jeruzalem kwam, werd hij daar niet met open armen ontvangen. Lucas vertelt ons: "Toen hij in Jeruzalem kwam, probeerde hij zich bij de leerlingen te voegen. Maar allen waren bang voor hem en konden niet geloven dat hij een leerling was" (Handelingen 9,26). Paulus was een totaal onverwacht geschenk van de verrezen Heer aan de jonge gem. Niemand had gedacht dat hij, de grote vervolger van christenen, zich zou bekeren. Dat is de reden waarom de discipelen van de Heer hem aanvankelijk met scepsis tegemoet traden. Zoals de opstanding van Christus zelf een onverwachte gebeurtenis was voor de leerlingen, zo handelt de verrezen Heer onverwacht en anders dan wij mensen denken. In de loop der eeuwen is vaak gebleken dat nieuw kerkelijk leven onverwacht komt. De grote religieuze charisma's waren onverwachte gaven aan de Kerk. De nieuwe gemeenschappen en bewegingen die de Kerk vandaag in vele landen nieuw leven inblazen, zijn ook gaven van de heilige Geest, die steeds iets nieuws bewerkt. God grijpt vaak onverwacht in de Kerk en in het leven van individuen in.

Het is zeker belangrijk om over de toekomst na te denken en er plannen voor te maken. God neemt zulke inspanningen ernstig, want "hij houdt er niet van in chaos af te dalen" en "een lapmiddel te zijn voor ons gebrek aan inspanning" (Moeder Julia). Maar alle menselijke overwegingen en plannen moeten open blijven voor wat God wil en werkt - ook onverwacht en anders. De herders van de Kerk moeten leiden en begeleiden. Tegelijkertijd moeten zij vertrouwen op de onverwachte werken van God. De Heer zendt hulp waar wij ten einde raad zijn, Hij baant wegen waar wij ten einde raad zijn, en Hij heeft oplossingen waar wij er geen zien. De hele geschiedenis van de Kerk is ook een geschiedenis van Gods verrassingen. Als leerlingen van de verrezen Heer willen wij erop vertrouwen dat Hij zijn Kerk steeds weer nieuw leven schenkt. Hij is de Heer.